Belangrijkste, beste, uitmuntend, eerste;
Prins, menselijke ziel;
Nacht;
Pupil van het rechteroog;
Nummer veertien;
26e deel vaneen cirkel op het vlak van de eclips [Geom.],
regent van
het oosterkwartier;
God/heer
van de
atmosfeer en hemel;
Koning
van alle goden, een held die alle kwaad vernietigt met zijn
bliksemschicht.